The sound of silence …
- Nikko Norte

- 29 sep 2024
- 11 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 17 okt
Mijn hart slaat over als mijn telefoon rinkelt en ik realiseer me dat ik niet dieper verzonken had kunnen zijn in het vertalen van The Ukraine War & the Eurasian World Order, het laatste boek van Glenn Diesen. Ik vind mijn telefoon onder een stapel aantekeningen op mijn bureau, een Spaans nummer in het scherm, en het ding blijft rinkelen terwijl ik opnieuw en opnieuw in het scherm op een groen cirkeltje tik. Drift overvalt me en ... nondeju! Ik zou nu toch moeten weten dat ik gewoon word gebeld—niet WhatsApp word gebeld—als er een telefoonnummer in het scherm van mijn telefoon verschijnt en … ik veeg het groene cirkeltje omhoog—in plaats van erop te tikken—houd de telefoon tegen mijn oor, zeg vriendelijk: "Hola," en hoor aan de andere kant van de lijn een stem die vraagt: "Eres Fernando Rodriguez ben jij Fernando Rodriguez?"
"Con quién estoy hablando met wie spreek ik?"
"Eres Fernando Rodriguez?"
"Con quién ..." "Soy Isabella Ortiz Romero," valt de beller me in de rede, "bufete de abogados Fortuna y Ortiz. Eres Fernando Rodriguez?"
"Un abogado een advocaat," antwoord ik nog steeds vriendelijk. "Que bien geweldig! Maar ik kan u helaas niet helpen."
"Caballero, het is toch geen moeilijke vraag die ik stel!"
Ik druk op het rode cirkeltje in het scherm van mijn telefoon, veeg nog wat heen en weer op dat scherm, druk op een blauw cirkeltje waaronder niet storen staat, leg de telefoon weg en voel de drift die me overviel, wegebben als Moos de herdershond onder mijn bureau kruipt en in mijn onderarm bijt.
Moos voelt doorgaans mijn humeur ontsporen en faalt zelden dat humeur weer op de rails te krijgen. Ik laat me onder mijn bureau zakken en rol met Moos over de vloer. Maar Moos is geen jonge hond meer. Nog niet lang geleden moest ik een einde maken aan onze worstelingen. Nu is het Moos die na een paar minuten de handdoek gooit. Met onze neuzen tegen elkaar liggen we op de vloer en in een vlaag van wanhoop realiseer ik me hoeveel moeite schrijven, vertalen en studeren me kosten. Mijn non-stop zwalkende gedachten maken het onmogelijk me te concentreren op wat fysiek niet uitdagend is en langer dan een paar minuten stilzitten, kan ik niet. Ondanks dat heb ik geen grotere hekel aan mezelf dan als ik fouten maak in wat ik schrijf of vertaal of als ik iets over het hoofd zie als ik studeer, wat maakt dat ik me regelmatig afvraag of ik de juiste vocaties heb gekozen. En ben ik dan een keer diep in bijvoorbeeld een vertaling verzonken en rinkelt mijn telefoon, dan is drift doorgaans het gevolg. Maar uh… eigen schuld.
Begin februari 2024. Het regende vanmorgen harder dan de afgelopen weken in Catalonië, waar Heidi en ik wonen in een klein dorp, en dus stapte Heidi niet op de fiets om naar de boerderij te rijden waar ze af en toe met paarden in de weer is, maar nam ze de auto. Als Heidi de auto neemt, maak ik me zorgen. Heidi weet dat—hoewel ze het nooit zegt—en voordat ze vanmorgen vertrok, schakelde ze op mijn telefoon niet storen uit. Nadat ze me belde om door te geven dat ze op de boerderij was aangekomen, vergat ik niet storen weer in te schakelen.
Terug achter mijn bureau vertaal ik een alinea voordat ik opsta en in de keuken een ketel water op het fornuis zet. Ik knuffel Moos, giet kokend water op de koffie die ik in de filter schepte op de rand van onze Stanleythermos en terwijl het water doorloopt, haal ik op de patio achter ons huis de wasmachine leeg en hang ik natte was over onze gym in de woonkamer. Als ik weer achter mijn bureau zit, mok koffie in de hand, beloof ik mezelf tot tien uur niet op te kijken uit de twee versies van Diesens boek in mijn beeldschermen.
Goed boek bedenk ik voor de zoveelste keer sinds ik aan de vertaling ervan begon en ik grinnik inwendig als ik me realiseer dat goed, in relatie tot een boek, geen relatief begrip meer is. Een boek is goed als de schrijver ervan deugt en ik vrees dat professor Diesen een deugniet is. Onderbouwd schets hij een ander beeld van de aanloop naar de Russische inval in Oekraïne dan de gangbare media dat doen en wie ingaat tegen de gangbare media is een deugniet, wat begrijpelijk is. Gangbaremediajournalisten—hoe hoog ook hun hypotheek en hoe dubieus ook het doen en laten van de eigenaars van de media waarvoor ze werken—laten zich niet verleiden de waarheid geweld aan te doen, omdat … tsja, waarom eigenlijk? Ah, ik weet het al. Omdat we op school leren dat gangbaremediajournalisten loyaal zijn aan de waarheid. Hoeksteen van de democratie en … 09.13 uur. Geen controle over mijn zwalkende gedachten. Ik sta op voor een paar chins aan onze rekstok en … wasgoed over die rekstok. Push-ups dan, ook goed.
Opnieuw ga ik zitten achter mijn bureau en voor mijn gevoel drie minuten later leer ik dat ik drie kwartier in mijn vertaling verzonken ben geweest. Goed boek! Ik hoor geen regen op de tegels van de patio en gebaar Moos, die opkijkt als ik opsta, dat we gaan wandelen.
Slalommend tussen plassen lopen Moos en ik over een zandpad en ik probeer me een opmerking van generaal Patton te herinneren. No one is thinking if everyone is thinking alike, zoiets. Langzaam, superlangzaam, ontwaken mensen uit de psychose waarin ze leven sinds ze ooit over de drempel van een kleuterschool werden geduwd, maar ondertussen dendert de trein richting totalitair globalisme van station naar station. Presidenten en ministers komen, forceren nieuwe wetten langs parlementen, tekenen verdragen en gaan. Een nieuw monetair systeem, dat de mens van elke vrijheid berooft, krijgt vaste vorm en het Westen siddert voor de boze Poetin, voor wie het Westen slechts hoeft te sidderen als het hem provoceert. In september van dit jaar zijn de Verenigde Naties voornemens een planetaire noodtoestand uit te roepen en ook in september worden op initiatief van het European Vaccination Beyond Covid-19 Project—van wat?—in vijf Europese landen vaccinatiepaspoorten ingevoerd. De WHO zoekt steun voor de inzet van NAVO-troepen tijdens de volgende pandemie en wikt en weegt of mpox die pandemie kan dragen terwijl onderzoek na onderzoek uitwijst dat de covidmaatregels van onlangs de grootste misdaden tegen de mensheid zijn die ooit zijn gepleegd. Misdaden, wordt duidelijker per ingewilligd WOB-verzoek dat alternatievemediajournalisten doen, waaraan overheden bewust meewerkten. Gangbaremediajournalisten kunnen er weinig over vertellen, want gangbaremediajournalisten zijn onhandig met spoorboekjes, arriveren telkens weer te laat op de stations die de trein richting totalitair globalisme aandoet, en … gegil! Mijn hart slaat niet over, want van onder mijn oogleden zag ik dit stukje straattoneel aankomen.
Elke paar dagen is het raak. Een vrouw fietst ons elektrisch tegemoet of achterop als we met Moos wandelen. Ze stapt naast Moos van haar fiets, haalt haar telefoon tevoorschijn, filmt ons waarschijnlijk en gilt iets over een loslopende hond. Zoals we dat altijd doen, loop ik door, terwijl Moos in mijn hand bijt omdat ze aanvoelt dat de vrouw dan wel niet mijn humeur doet ontsporen maar misschien toch een wissel omgooit.
Als achter ons het gegil verstomt, breekt de zon door. De omgeving ziet er plotseling anders uit en ik begrijp waarom Heidi en ik, toen we hier tien maanden geleden arriveerden, gecharmeerd waren van die omgeving. Met plezier pikte ik appels uit de boomgaarden rond ons dorp, maar het plezier in het eten van appels verging me toen ik leerde dat de appels hier—en natuurlijk ook die bij de groenteboer—elke vijf dagen worden bespoten. Elke vijf dagen een dot gif op een appel. Gif dat wordt gefabriceerd, wordt ingepakt, wordt getransporteerd, wordt verspreid en uiteindelijk in de lucht, in de aarde en in ons lichaam belandt.
Volgens de Verenigde Naties zal de wereldbevolking al in 2050 tot zo’n tien miljard mensen zijn toegenomen. Omdat gangbaremediajournalisten wat de Verenigde Naties zeggen onvoorwaardelijk als waarheid beschouwen, beschouw ik wat de Verenigde Naties zeggen met enige scepsis, maar dat de wereldbevolking groeit, kan ik moeilijk ontkennen. Regelmatig spreek ik mensen die van mening zijn dat de aarde meer mensen makkelijk kan herbergen, kan kleden en van appels kan voorzien. Ik uh… ik denk het niet en dus begrijp ik dat weer andere mensen de trein richting totalitair globalisme op stoom houden.
Afrika levert de grootste bijdrage aan de groei van de wereldbevolking en slechts een enkele Afrikaan liet zich een dot gif in het lijf spuiten om voor covid niet te hoeven sidderen. Covid ging aan Afrika voorbij—een waarheid waaraan gangbaremediajournalisten niet erg loyaal zijn—maar desondanks opende Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, twee maanden geleden een door de EU betaalde BioNTech-fabriek in Rwanda, die zich garant stelt voor de jaarlijkse productie van zo’n vijftig miljoen mRNA-vaccins, die de mensen in Afrika, las ik op de website van de EU, veilig zullen stellen voor vrijwel alles wat een mens ziek kan maken. Team Europe Initiative—team wat?—werkt hard aan de voltooiing van nog zo’n fabriek in Senegal. Zodra die fabriek is geopend, zal vaccine equity snel een feit zijn en terwijl ik wacht op Moos, waarvoor ik in gedachten verzonken te snel ben gaan lopen, denk ik aan de Amerikaanse Naomi Wolf, die ik een paar maanden geleden interviewde.
Mooi mens! Volgens de ruim drieduizend artsen en wetenschappers die ze aanstuurt, tonen de onderzoeksgegevens die de firma Pfizer op last van een rechter vrijgaf aan dat de firma Pfizer tijdens zijn onderzoek een vreemde belangstelling aan de dag legde voor het effect dat mRNA-vaccins hebben op de voortplantingsorganen van de ratten die in het onderzoek de hoofdrol speelden. Nadat Heidi het interview had geëdit en op YouTube had geplaatst, verdween het binnen een paar minuten van het platform en liet YouTube ons weten dat onze mogelijkheden inkomsten te genereren via YouTube zijn geblokkeerd tot we een heropvoedingscursus afronden die YouTube aanbiedt aan deugnieten en uh ... nondeju! Ik doe wel erg mijn best mijn humeur alsnog te laten ontsporen. Maar ik weet hoe ik dat kan oplossen.
Terug thuis laat Moos zich met een zucht op haar mand vallen. Ik verplaats de nog natte was van onze gym naar een droogrek op de patio, gebaar Moos dat ik even weg ben, pak mijn fiets en rijd het zonlicht in. Slalommend tussen plassen stuif ik over zandpaden naar een sportschool in de stad Figueres, waar ik zwaarder kan trainen dan thuis, en als ik mezelf verwijt dat ik me te veel opwind over wat wereldwijd gaande is, merkt generaal Patton in mijn gedachten op: "Better to fight for something than to live for nothing."
Het is druk in Figueres. Ik zet mijn fiets vast aan een boom tegenover de sportschool en … maandag! De sportschool drukker dan op andere dagen. Handdoeken en waterflessen op apparaten en bankjes. Jongelui, koptelefoon op het hoofd, over hun telefoons gebogen op weer andere apparaten en bankjes. De muziek staat hard—veel boem boem met daar doorheen metaalachtige, half zingende, half pratende stemmen—en mijn gedachten zwalken naar Schopenhauer, de filosoof, die muziek zag als de taal van emoties en die stelde dat lawaai mensen loskoppelt van hun reflectieve natuur. Terwijl ik "Hak" mompel naar een knaap die me de handdoek uit handen neemt die ik van een apparaat pakte, bedenk ik dat slechts een snufje van Schopenhauers eruditie in ieder van ons zou volstaan om gangbaremediajournalisten uit te rangeren en de trein richting totalitair globalisme naar een stootblok te wisselen ...
De voertaal in de sportschool is Berbers, wat mijn linguïstische armslag beperkt. Geen punt. Ik ben in een sportschool om te sporten, niet om te praten, en opnieuw grinnik ik inwendig als ik denk aan mijn eerste en laatste tribale conflict in deze sportschool, een conflict waarvan ik wist dat het onvermijdelijk was toen ik een over een telefoon gebogen knaap op de schouder tikte en hem gebaarde me op het bankje waarop hij zat even mijn gang te laten gaan. In een oogwenk verzamelden vijf, zes knapen zich dreigend om me heen en ik realiseerde me hoeveel prettiger het is in een tribaal conflict te belanden dan in een westers conflict. Geen van de knapen om me heen kon weten hoe machtig mijn stam is en dus ging ik onbezorgd mijn gang op het bankje dat de knaap die ik op de schouder had getikt, had vrijgemaakt—om staand dreigender over te komen dan zittend. Zoals ik had verwacht, verspreidden mijn nieuwe vrienden zich weer. Westerse conflicten zijn onprettiger. Westerlingen provoceren en provoceren en als iemand daar genoeg van heeft, komen de filmende telefoons tevoorschijn en roepen de provocateurs: "Politie, politie," of: "Oorlog, oorlog!" in het geval de provocateurs politici zijn.
Sinds dat conflict maken jongelui apparaten en bankjes voor me vrij als ik erop mijn gang wil gaan. Ik mompel "Shokran" als dat gebeurt en … boem boem met daar doorheen een normale stem, niet een metaalachtige, half zingende, half pratende stem! The sound of silence in een andere uitvoering dan die van Simon & Garfunkel. Het haar op mijn armen staat plotseling overeind en tranen branden in mijn ogen. In restless dreams, I walked alone ... zeven … acht … negen herhalingen. Ik sta op van het apparaat waarop ik mijn gang ga, vecht met Schopenhauers taal van de emoties tot The sound of silence overgaat in de vertrouwde boem boem met daar doorheen metaalachtige, half zingende, half pratende stemmen. Voor een volgende serie ga ik weer zitten op het apparaat waarvan ik zojuist opstond en wederom grinnik ik inwendig. Drift, concentratieproblemen, zwalkende gedachten, onredelijke zorgen en plotselinge zwenkingen van mijn emoties. Een psycholoog zou gehakt van me maken en ik ben blij dat ik opgroeide in een tijd dat psychologen nog niet de macht hadden de lol uit mijn leven te ritalinnen, wat me al een eind op weg zou hebben geholpen naar een van de veewagons achter de eerste-, tweede-, en derdeklascoupés van die trein richting totalitair globalisme.
"Beslama" mompelend naar wie opkijkt uit een telefoon duizel ik vijfentwintig minuten nadat ik de sportschool binnenstapte suf van mijn work-out de sportschool weer uit, de kans dat mijn humeur de komende uren ontspoort klein. Fiets van het slot en Figueres uit. In een rechte lijn stuif ik door plassen over zandpaden en van de buiteling die ik maak als ik in een plas een kuil of steen over het hoofd zie, krijg ik niets mee. Ik land op mijn kont naast mijn voorwiel in een plas, zie als in een vertraagde opname mijn fiets omvallen en ... man, ik voel me gelukkig.
De zon droogt me en verwarmt me aangenaam terwijl ik naast de plas waarin ik viel languit in het gras lig, mijn ogen dicht, ademend over mijn middenrif, en mijn gedachten dwalen even niet naar waarheden zoals de opoffering van Oekraïense, Russische, Palestijnse en Israëlische jongeren aan de huidige westerse afkeer van eruditie—noem het de afkeer van het absorberen van waarheden waarin deugnieten voorzien—waarmee het Westen zich loskoppelt van zijn reflectieve natuur.
Voor geen goud zou ik losgekoppeld willen zijn van mijn reflectieve natuur, maar het is onprettig als ze mijn gedachten beheerst zoals dat vanmorgen het geval was. Gelukkig is er niets wat mijn reflectieve natuur beter reguleert dan work-outs, wilde fietstochten en zonlicht. Geen psycholoog zal dat ooit adviseren, wat begrijpelijk is. Dergelijk advies verhoudt zich slecht tot een hypotheek en ... and the vision ...
that was planted in my brain,
still remains,
within the sound of silence.
Het leven is prachtig zolang we ons niet loskoppelen van onze reflectieve natuur. Doen we dat wel, dan belanden we onherroepelijk in een veewagen. Schopenhauer, die languit naast me in het gras ligt, zijn handen onder zijn hoofd, vingers ineengestrengeld, zegt: "Mensen beschouwen de grenzen van hun eigen waarneming als de grenzen van de wereld," en terwijl ik pieker over een bijdehand antwoord, bromt Patton, die aan de andere kant languit naast me in het gras ligt, zijn armen over de borst gekruist: “Ik zei je vanmorgen al, vriend: niemand denkt na als iedereen hetzelfde denkt.”
