hldd0umdhyh5c7mglsn29ql0j-tre89i1w4h9m-533tsstg-4wd1kw-wetspv7ov6qf520qq6sl6dt-qwfy8gsd6y-pn8d9g-dm1iazu29-hpbioy52dq8xm12kf5x4n
top of page
  • Foto van schrijverNikko Norte

Invictus

Voorzichtig loop ik tegen de Hochjoch op, een berg in de buurt van het dorp Schruns, in Oostenrijk. Twee weken lang zag ik scheel van de pijn in mijn liezen. Overdag strompelde ik door het leven, ’s nachts, als de pijn me toeliet te slapen, achtervolgden kunstheupen me in mijn dromen en … laat ook maar.

Vanmorgen trapte ik mijn dertig ochtendkilometers op mijn Cannondale pijnloos weg en na een pijnloze dag achter mijn bureau leek de top van de Hochjoch me de test der tests. Om de twijfel aan mijn genezing naar de achtergrond te drukken, dwing ik mijn gedachten naar het gesprek dat ik eerder vandaag voerde met een apothekersassistent.

Ja of nee was het antwoord dat ik had verwacht op mijn vraag of de bewuste apotheek jodiumsupplementen verkocht. Ik had pech: ‘Waar heeft u dan last van, meneer?’

‘Ik eh… ik weet het niet. Ik ben de laatste dagen moe, loop maar te kuchen en heb koorts, hoofdpijn en keelpijn. Sinds vanmorgen proef en ruik ik niets meer en heb ik het benauwd.’

‘Dan zou ik als ik u was paracetamol nemen, Jod wird Sie nicht gesund machen.’

Nah, wunderbar,‘ had ik uitgeproest en zonder jodium wandelde ik het zonlicht in.

Zevenhonderdvijftig fatale coronaslachtoffers in Oostenrijk, waarvan niemand met zekerheid kan zeggen of het allemaal coronaslachtoffers waren. Influenza raakte Oostenrijk dit jaar vroeger en harder dan verwacht. Net voordat de eerste coronabesmetting aan het licht kwam, waren er achthonderdvijftig mensen aan influenza overleden. Nadat het eerste coronaslachtoffer was gevallen, daalde het aantal influenzaslachtoffers naar nul. Natuurlijk hadden de coronamaatregelen, die in Oostenrijk kort van kracht waren, invloed op de verspreiding van influenza, maar ik eh… ik weet het niet.

Corona-angst leeft niet in Oostenrijk, niet in het deel van Oostenrijk waar Heidi, Moos de hond en ik wonen. Bedrijfsleiders van winkels en andere bedrijven bepalen of zij hun personeel en klanten mondkapjes laten dragen en daarmee is het met voor mij waarneembare maatregelen zo’n beetje gedaan. Anderhalve meter is onbekend en mensen schudden me de hand of omhelzen me als dat zo uitkomt. Toch, verwijt ik mezelf, had ik die grap in die apotheek niet moeten maken, hoewel ik er ook wel enig begrip voor op kan brengen. Ik kan immers lezen en rekenen en doe dat af en toe. Dat maakt het lastig met de overheidsgeïnstigeerde coronahysterie om te gaan, die dan weliswaar in Oostenrijk niet heerst, maar waarmee diverse media me voortdurend confronteren.

Net voordat ik die apotheek binnenging, kreeg ik een stukje mee van een interview waarin een Nederlandse minister uitlegt dat het herstel van de Nederlandse economie afhankelijk is van de snelheid waarmee een antivirus tegen corona voorhanden is en … oh man. Een antivirus redt geen economie en redt ons niet; een antivirus redt slechts regeringen, die de afgelopen maanden lees- en rekenfouten hebben gemaakt met als gevolg dat we ons nu geconfronteerd zien met coronamaatregelen die meer slachtoffers eisen dan corona zelf, een virus dat minder dodelijk blijkt te zijn dan regeringen ons lees- en rekenarbeid verzuimend voorhouden.

Het pad waarop ik loop staat vol grazende, kauwende of herkauwende koeien. Kalveren zie ik niet, dus ik maak me geen zorgen. Mijn rugzak weegt zeven kilo en dat, bereken ik, geeft me een BMI van rond de 23, wat vandaag de dag een indicatie is voor een gezond lichaamsgewicht. Man, ik zou me geen raad weten als ik die rugzak hele dagen mee moest sjouwen en … wereldwijd zo’n vier miljoen aan overgewicht en obesitas gerelateerde sterfgevallen per jaar, een aantal dat rap oploopt. Los van het omvormen van krijgsmachten tot organisaties die er ten tijde van bijvoorbeeld een virusuitbraak toe doen, zoals ik in mijn blog Geneeskrachtige krijgers voorstel, is de algemene gezondheid van burgers iets waar regeringen zich druk om moeten maken. De Nederlandse regering maakt zich verlezend, verrekenend en uit zelfbehoud druk om noodmaatregelen en noodwetten en de vermoedelijk daaruit voortvloeiende verplichte vaccinaties die ons gaan redden van een tweede coronagolf, die sowieso niet komt tenzij we het woord golf devalueren en niet relateren aan bijvoorbeeld de jaarlijkse sterfgevallen onder mensen met een BMI van 25 en hoger.

Het gegalm van koebellen vervaagt. Via een kruis langs het pad met in de voet waarop het staat een holte met daarin een Mariabeeld dwalen mijn gedachten naar een interview in de Gelderlander dat ik las met huisarts Bettine van Steenis, die zich kritisch uitlaat over het coronavaccin, dat er te snel aan lijkt te komen. Voordat zij zich kritisch uitliet, won zij juridisch advies in om te weten wat haar speelveld was. Dat deed me denken aan Galilei, die in 1633, om aan vervolging door de inquisitie te ontkomen, publiekelijk terugkwam op onder andere zijn bevinding dat de aarde niet het centrum van het universum is.

Ik vervloek mijn dwalingen en ketterijen, die in strijd zijn met de kerk. Dat waren een paar van de woorden waarmee Galilei zijn hachje redde en ik denk aan hoe een Oostenrijkse militair Heidi en mij eergisteren aan de grens met Slovenië staande hield. Meer dan veertig keer passeerden we sinds het uitbreken van corona een Europese grens, destilleerde ik een uur later uit mijn dagboek, de grenzen van Andorra, Liechtenstein, Luxemburg en Monaco niet meegerekend, en het was de eerste keer dat we op een controle stuitten – zelfs in Andorra troffen we de grenzen onbewaakt aan. In de wetenschap dat ik als een ketter van weleer voldoende sporen had gewist van onze reisroute, loog ik beleefd dat we Kroatië hadden gemeden en onder de indringende blik van de gemondkapte militair aan mijn portier realiseerde ik me dat we de laatste maanden nergens in Europa mensen hadden ontmoet die van corona onder de indruk waren, hoewel de angst voor noodmaatregelen, de handhaving ervan en de gevolgen ervan er als angst voor de inquisitie goed in zat.

De top van de Hochjoch! Iets meer dan drie uur heb ik gelopen. Ik gooi mijn rugzak af, ga zitten in het gras, haal onze Stanleythermoskan tevoorschijn en schenk koffie in. De zon zakt aan de overkant van het dal naar de berg de Golm en terwijl ik naar het dorp Schruns staar, ver onder me, voel ik een steek van jaloezie als ik denk aan hoe Hemingway deze omgeving ooit aantrof. In mijn gedachten glijd ik weg naar 1925, maar Voltaire roept me terug naar de werkelijkheid: Het is gevaarlijk gelijk te hebben als de overheid ongelijk heeft.

Voor wat mijn gedachten betreft, is de geest uit de fles. Ik heb van die dagen. Schruns in 1925 zit er vanavond niet in, ben ik bang. Man, hoe mooi zou het zijn als het Nederlandse kabinet bij monde van premier Rutte zou zeggen: ‘We hebben fouten gemaakt. Vanaf vandaag vol gas voorwaarts om de schade te herstellen.’ Politiek onmogelijk. Het enige pad dat politiek begaanbaar is, is het pad van noodmaatregelen, noodwetten, verplichte vaccinaties en uitgestelde verkiezingen. Niet om mensenlevens te redden, maar omdat het wehebbenfoutengemaaktpad onbegaanbaar is.

De woorden apparatsjik en nomenklatoera spoken door mijn hoofd voordat mijn gedachten stranden bij Aristoteles, wiens Fysica voornamelijk handelde over kennis die was gebaseerd op observatie, op alledaagse ervaringen en op effect. Wat pas later bekendheid kreeg als zijn Metafysica noemde hij zelf eerste filosofie, die handelde over principes en oorzaken, niet over effect. Eeuwenlang hield de katholieke kerk de wereld onkundig van Aristoteles’ eerste filosofie om conflict te vermijden met de handel in waanbeelden en valse mirakels, zoals Da Vinci ooit het opereren van de katholieke kerk omschreef en dat aanhield nog lang nadat mensen als Galilei zich roerden zoals vandaag de dag Bettine van Steenis zich roert.

Ik schenk de laatste koffie in mijn mok en besef dat mijn wandeling aan plezier inboette door de coronaonrust in mijn hoofd. Maar de dag is nog niet voorbij! Na een laatste slok koffie trek ik de zak met daarin mijn paraglider uit mijn rugzak en ontvouw ik de glider in het gras voordat ik de rugzak omvorm tot een gordel waarin ik kan zitten. Ik gesp mezelf in de gordel, haak mijn noodparachute eraan vast, controleer de lijnen van mijn glider, haak ook die aan de gordel en voel mezelf tot rust komen. Het dal van Montafon is adembenemend mooi in het diffuse schijnsel van het laatste zonlicht door de vochtige zomerlucht, de hoogte waarop ik sta plotseling duizelingwekkend. Ik voel de wind op mijn gezicht, zet wat stappen voorwaarts, voel mezelf opgetild worden en vlieg, master of my fate, captain of my soul.

Ver van de handel in waanbeelden en valse illusies, die vijfhonderd jaar na Da Vinci nog welig tiert, tilt de avondbries me boven de Hochjoch uit. Onder me gaat het leven zijn gangetje. Forse paarden trekken karren met hooi. Boeren zwaaien op de velden monotoon maar onvermoeibaar met hun zeisen, hoewel een aantal van hen al in de richting van het dorp kuiert voor een schnaps in een van de cafés, waar het vuur in de haarden in gelagkamers brandt. Een stoomtrein verlaat het station en … hoe vrij ben ik? Ik was een kind toen Rousseau de wijsheid met me deelde dat ik slechts de vrijheid had mijn eigen ketenen te kiezen. Vanaf de dag dat hij dat deed, koos ik mijn ketenen flinterdun, maar ik bleef lezen en rekenen en vraag me nu af of dat bijdraagt aan mijn vrijheid of er juist afbreuk aan doet. Anders dan Rousseau ben ik een aanhanger van rede en logica, rede en logica die vijftienhonderd jaar door religie werden onderdrukt, zo’n tweehonderd jaar aan vrijheid mochten ruiken en inmiddels door emotie worden geketend – om eerdaags weer door religie te worden onderdrukt – en … man, het is tijd om los te laten. Ik vlieg, eenzaam, gelukkig, het zonlicht magisch mooi and I thank what gods may be for my unconquerable soul


paypal.me/nikkonorte1

Blog delen? Graag!

bottom of page