
NIKKO NORTE
Eenmalige donatie?
nikkonorte.backme paypal.me/nikkonorte1
Of doneer via IBAN:
ES1100492183112014004990
BIC/Swift: BSCHESMM
t.n.v. Nikko Norte
Droogte in Spanje? Niet voor het eerst

Nikko Norte
10 jun. 2023
Gepubliceerd in De Andere Krant van 10 juni 2023.
“Spaanse boeren wanhopig door extreme droogte”, meldde de NOS onlangs. Olijfboer Pedro Cachinero Diaz was ten einde raad. “Dit is heel triest. Ik heb een jaar lang geen inkomsten.” Diaz “heeft weinig hoop voor de toekomst” en vreest dat het familiebedrijf, dat vele generaties oud is, bij hem zal eindigen, schrijft de verslaggeefster van de NOS.
Mijn gedachten dwalen naar 1994, toen ik neerstreek in Casablanca, een rustige wijk in het Spaanse Marbella. Het groen tussen de kleine villa die ik huurde en zijn ommuring in volle bloei, paarse bougainville dominant. Geen kwade plek om neer te strijken hoewel er een probleem was in Marbella in 1994. Er was door de aanhoudende droogte geen water meer, geen druppel, het stuwmeer in de bergen bij het dorp Istán leeg. Met water geladen olietankers ankerden voor de kust om de duurdere hotels van water te voorzien. De Spanjaarden klaagden niet en een paar maanden later regende het zo hard dat het stuwmeer bij Istán zich weer voor jaren vulde. Van met water geladen olietankers voor de kust van Marbella is sindsdien geen sprake meer geweest, zover ik weet.
Het oude centrum van Marbella, waarnaar ik inmiddels was verhuisd, was voor mij te druk en dus verhuisde ik opnieuw, ditmaal naar een olijfboomgaard ten noorden van het dorp Coín, zo’n dertig kilometer van Marbella. Twaalfhonderd olijfbomen, elk meer dan honderd jaar oud, geplant nadat een schimmelziekte rond 1850 een einde maakte aan de wijncultuur in de streek.
Ik was gelukkig op mijn olijfboomgaard, hoewel ik me een dag herinner dat ik beslist ongelukkig was. Dat was de dag dat de Spaanse vriend die mijn zaken behartigde me erop wees dat ik voor elk van mijn olijfbomen een subsidie kon aanvragen bij de EU. Ik voorzag de EU-afhankelijkheid van Andalusië, dat 80 procent van de Spaanse olijven voortbrengt, en dat stemde me die dag ongelukkig. Grote delen van Andalusië veranderden sinds 1995 in olijfboomtapijten, droogte noch heftige regenval van invloed op de gemiddelde hoeveelheid olijven die jaarlijks zouden kunnen worden geoogst. ‘Zouden kunnen worden geoogst’, want ondanks dat de olijfindustrie tot 2010 groeide, kan maar een klein deel van de potentiële olijfoogst werkelijk worden geoogst.
Elk voorjaar, ongeacht het weer dat we verwachtten, betaalde een familie uit Coín me een vast bedrag voor de eventuele olijven aan mijn olijfbomen. In december of januari toog de familie aan het werk en regelmatig stak ook ik de handen uit de mouwen. Enorme netten legden we rond een olijfboom. Daarna sloegen we met stokken op de takken van die boom. De rijpe olijven lieten los waarna we ze uit het net in tonnen schudden. Vier, vijf vrouwen, mannen en kinderen gingen een olijfboom te lijf, ten minste vijftien mensen wekenlang in de weer.
“Ja maar, olijven worden nu machinaal geoogst,” werpen vrienden en kennissen me voor de voeten als ik mijn olijfboerperikelen verhaal. Correct. Er bestaan schudgrijpers, gemonteerd op tractoren, die arbeid sparen, maar geen tijd. Daarnaast hebben weinig boeren beschikking over zo’n schudgrijper en dus valt het gros van de olijven in Spanje in de winter op de grond en vergaat, wat niet afdoet aan de subsidie die de EU voor die olijven betaalt.
Veel boeren die wel oogsten, irrigeren hun boomgaarden met water dat diep uit de Spaanse bodem komt en beperken op die manier de invloed van een eventuele droogte. Veel water hebben hun olijfbomen niet nodig want olijfbomen zijn taai. Ik vond water op een diepte van tachtig meter en al de jaren die ik op mijn olijfboomgaard woonde, trok het waterniveau in de pompbuis zich niets aan van droogte of heftige regenval. Volgens olijfboer Pedro Cachinero Diaz, in het artikel van de NOS, is er heel veel geld nodig voor de aanleg van irrigatiesystemen. “We hopen dan ook dat de Europese Unie met geld over de brug komt zodat we in ieder geval een deel van de olijfgaarden kunnen redden.”
De watervoorziening op mijn olijfboomgaard kostte me zo’n vierhonderdduizend peseta’s, zeg vijfduizend gulden, waarbij de kosten zijn inbegrepen voor een wichelroedeloper, die me op zijn toen al ouderwetse mobylette bezocht. Dat geld verdiende ik in twee jaar terug, ondanks de vriendenprijs die ik de familie uit Coín voor mijn oogst berekende. Andere inbegrepen kosten zijn die voor het boren naar water met een op een vrachtauto gemonteerde boorinstallatie, de buizen, het bouwen van een pomphuis, inclusief pompen, een betonnen waterreservoir en de overige infrastructuur.
Websites van de EU en van het Spaanse ministerie van Landbouw leren me dat de EU inmiddels subsidieert per hectare met olijfbomen beplante grond, niet langer per olijfboom, wat mogelijk te maken heeft met de schandalen die net na de introductie van de EU-subsidie aan het licht kwamen. Hoogwaardigheidsbekleders bleken grote stukken grond te bezitten die ze hadden beplant met scheuten die voor volwaardige olijfbomen doorgingen. Subsidie per kilo geoogste olijven, als er al een subsidie moet zijn, lijkt mij logischer, maar wie ben ik?
Olijfboer Pedro heeft dit jaar misschien pech – hoewel hij altijd nog zijn subsidie heeft – maar het regent inmiddels in Spanje en de aankomende olijfoogst zou zomaar een recordoogst kunnen zijn. In het licht van het klimaat laten Pedro’s vermeende tranen me stoïcijns. Liever focus ik op het groen dat in Andalusië terrein wint. Gesubsidieerd groen, maar groen desalniettemin. De laatste vijftien jaar, lees ik regelmatig – hoewel niet in artikelen van de NOS, worden droge gebieden op aarde groener en in mijn gedachten verschijnt het gezicht van een geitenhoeder die me 25 jaar geleden regelmatig vroeg of zijn geiten in mijn olijfboomgaard mochten grazen. Graag! Zijn dertig tot veertig geiten maakten korte metten met onkruid en olijfboomscheuten die te laag uit stammen groeiden. Kuddes van geitenhoeders bestaan dankzij subsidies van de EU inmiddels uit vier- tot vijfhonderd geiten. Onkruid en olijfboomscheuten zijn er niet voldoende, de geiten moeten bijgevoerd worden en … oh man.